Periana heeft een mediterraan klimaat met bepaalde kenmerken van een bergklimaat, als gevolg van haar positie aan het eind van een vallei met uitzicht op de zee (Rio Velez-Guaro) en afgeschermd door belangrijke reliefs in het noorden.
De maritieme invloed maakt de temperaturen, die niet zo koud zijn als je zou verwachten van een dorp op 500-600 m hoogte en met nabijgelegen bergen en pieken van ongeveer 2.000 m.
Het is niet ongewoon om in dit gebied veel verschillende boomsoorten en zeer gevarieerde gewassen te vinden zoals eiken, olijfbomen, granen, grasland, fruit, -speciale vermelding voor de perzik-, citrus en moestuinen waar maar water is.
Periana wordt sinds mensheugenis al bewoond en werd achtereenvolgens veroverd door de Grieken, Romeinen, Visigoten en Moren. Maar de geschreven geschiedenis begon in de late 18e eeuw. Er werden resten van lithische werken gevonden in Capellanía, naast La Viñuela, een plaats die werd bewoond tot het begin van de Bronstijd.
Deze bevindingen vormen geen verrassing, omdat het hele noorden van de Axarquia werd bewoond door de mens sinds de prehistorie, en Periana is geen uitzondering. Maar er is niets dat zou suggereren dat er Romeinse nederzettingen waren, ondanks de ontdekking van een munt uit de late tweede eeuw AC op de heuvel van Capellanía.
Er zijn niet veel dingen die betrekking hebben op de Arabische periode, met uitzondering van de Baños de Vilo. Er wordt verondersteld dat Periana niet meer was dan een doorgangsplaats van de troepen die in 1487 passeerden voor de verovering op Velez.
De baden zijn zeker een bezoek waard. Deze Arabische baden zijn rijk aan waterstofsulfide, magnesium, calcium en stikstof. Vaak wordt het nemen van een bad voorgeschreven als remedie voor huidziekten.
Het dorp krijgt pas zijn huidige aard in 1761, toen de kleine kapel van San Isidro Labrador parochie werd, waardoor het niet meer onder de bevoegdheid van Riogordo behoort. De gevolgen van de beruchte aardbeving van Andalusië (25 december, 1884), die een stuk van 200 kilometer lang met 70 kilometer breed trof, werd met grote kracht in Periana gevoeld, ondanks dat het dorp niet op het epicentrum van de aardbeving ligt. Veel huizen stortten in en doodden 58 bewoners. Geconfronteerd met deze ramp,bezocht koning Alfonso XII het dorp in januari 1885 en schonk het dorp zo´n 300.000 peseta's om de schade te dekken en voor de bouw van de nieuwe kerk en een nieuwe wijk.